Ieder jaar zijn er op de zomerfestivals wel een aantal voorstellingen waarvan de naam rond zingt over het terrein en waarvan de kaarten binnen no time zijn uitverkocht. Hoe maak je die perfecte festivalvoorstelling? Dat vraagt Inge ter Schure deze week aan theatermaker Dette Glashouwer. Glashouwer won vorig jaar op De Parade de prijs voor de beste voorstelling van het festival. Dit jaar staat ze op Oerol met haar voorstellingMoney Money Money en op De Parade met Dette Goes to Africa. Vandaag: Wees lief voor de kassameisjes.
De overleden jazztrompettist Chet Baker is de inspiratiebron voor de Oerol-voorstellingEen Bebop verhaal van Lars Doberman. Dat is het collectief van Reinout Scholten van Aschat, Matthijs van de Sande Bakhuyzen en Mattias van de Vijver, onder de hoede van Orkater. Met de muziek van Baker doen zij een ultieme poging de dolende mens weer te geven. Aan de ene kant kristal: poëtisch trompetspel, melancholie en jongensachtige schoonheid. Aan de andere kant rottend hout: verslaafd aan de verdoving. Door de goden gezegend met een gouden talent, maar te lui om zich te bewegen. Botte Jellema zag de voorstelling en spreekt de makers.
In een loods op een aftands industrieterrein in Amsterdam-Noord bevindt zich het laboratorium van Pips Lab. In een ruimte gevuld met oude computeronderdelen, kabels, laptops, camera’s, blikjes bier en state of the art-apparatuur werken ze aan hun theatervoorstellingen en multimediale interactieve installaties. Technologie vervult daarbij altijd een belangrijke rol. Op dit moment maken ze Social Fiction, een nieuwe voorstelling voor de Parade, waarbij ze gebruik maken van motion capture-techniek, een techniek die vooral bekend is van animatiefilms, videogames en films als The Lord of the Rings. Emmie Kollau spreekt met theatermaker Thijs de Wit, uitvinder Keez Duyves en actrice Judith van den Berg.
Kijk voor meer informatie op vpro.nl/avonden
Create your
podcast in
minutes
It is Free